Het stadsbestuur trekt de komende jaren meer geld uit voor kunst en cultuur. Het budget voor het zogeheten Kunstenplan 2017-2020 wordt met 7,6 miljoen euro verhoogd naar 90,2 miljoen euro.
Tegelijkertijd wil het college van burgemeester en wethouders dat gevestigde culturele instellingen zich als een soort coach ontfermen over kleinere of beginnende organisaties, festivals of evenementen.
De manier waarop de subsidies worden verdeeld, verandert bovendien, maakte cultuurwethouder Kajsa Ollongren donderdag bekend. Enerzijds krijgen de gevestigde instellingen die een fundamentele rol vervullen in de stad extra taken en verantwoordelijkheden. Anderzijds schakelt het college het Amsterdams Fonds voor de Kunst in om subsidies te verstrekken aan kunstenaars en instellingen die daar niet onder vallen. Met hen worden ook prestatieafspraken gemaakt.
In het Kunstenplan legt de gemeente elke vier jaar vast waar de cultuursubsidies in de stad naartoe gaan en welke doelen moeten worden gehaald.