Vier op de tien Nederlanders die hun woning via Airbnb verhuren doen dat meer dan 60 dagen per jaar, terwijl dat vaak niet is toegestaan. Dat blijkt uit een gezamenlijk onderzoek van De Tijd, de Süddeutsche Zeitung, Le Monde en Trouw.
Vanwege het grote aantal geboekte nachten in Amsterdam, lijkt het er volgens de kranten sterk op dat een groot aantal Amsterdammers de regels niet naleeft. Zo werden er in mei 2017 134.000 nachten in Amsterdam geboekt, terwijl dat er in Rotterdam 8900 waren.
Lees ook: Honderden Airbnb-verhuurders omzeilen mogelijk nieuwe regels
De vier kranten maakten gebruik van gegevens van Airbnb en AirDNA, een data-analist die de ontwikkelingen van Airbnb volgt. Het onderzoek richtte zich op de landen Nederland, België, Duitsland, Frankrijk en Zwitserland. Volgens de gegevens is Nederland het land met het hoogste percentage langverhuurders: 42 procent. In België (40,1), Duitsland (35,2), Frankrijk (33,2) en Zwitserland (32,8) liggen die percentages lager.
In Amsterdam moet met een gemiddelde van 171 euro ook het meest worden betaald voor een Airbnb-overnachting. In Parijs is dat 106 euro en in Berlijn en Brussel is het met 80 euro zelfs de helft goedkoper. Volgens de kranten is Amsterdam zo duur, omdat ook de hotelprijzen hier een stuk hoger zijn.
De gemeente wil per 1 oktober een meldplicht instellen voor Amsterdammers die hun woning verhuren. Dankzij een meldplicht zou de gemeente beter kunnen controleren of verhuurders zich wel aan alle regels houden, zoals de maximale verhuur van zestig nachten per jaar.