Amsterdam mag middels een Algemene Plaatselijke Verordening (APV) gewoon blowverboden blijven opleggen.
Dit heeft de kantonrechter woensdag bepaald in een proefproces tussen het Openbaar Ministerie (OM) en de Raad van State (RvS). De RvS was van mening dat Amsterdam, door blowen middels een APV in bepaalde gebieden te verbieden, een verbod oplegde dat al was vastgelegd in de Opiumwet.
De RVS verklaarde de APV daarom onverbindend. Omdat Amsterdam niet de enige gemeente in Nederland is waar soortgelijke strafbepalingen gelden, besloot het OM om in Amsterdam en Rotterdam een proefproces te houden. Uit het proefproces zou moeten blijken of Amsterdam blowverboden mag blijven opleggen.
De Amsterdamse kantonrechter heeft nu aangegeven dat de gemeente best iets in de APV strafbaar mag stellen wat ook strafbaar is in de Opiumwet, zolang dat maar met een ander doel is dan het doel van de Opiumwet, namelijk de bescherming van de volksgezondheid. Dit is in Amsterdam, waar het blowverbod op sommige plekken wordt opgelegd om de openbare orde en veiligheid te garanderen, het geval.