Met het neusje van de zalm van literair Nederland is vrijdagavond in de Stadsschouwburg de aftrap gegeven van de jaarlijkse Boekenweek.
Bij de Stadsschouwburg betraden vele bekende auteurs de rode loper voor het traditionele Boekenbal, dat de opmaat vormde voor de 78e editie van het literaire festijn van 16 tot en met 24 maart.
De organiserende CPNB vroeg de gasten 'vorstelijk' gekleed te komen, dat de geruchten voedde dat iemand van de koninklijke familie zijn opwachting zou maken op het boekenfeest. Dat bleek niet het geval.
Het kledingvoorschrift bleek in te haken op het thema dit jaar, 'Gouden Tijden, Zwarte Bladzijden'. Het gaat over de mooie 'gouden' tijden van onze geschiedenis, maar ook over de donkere kant. Als herinnering aan de VOC-tijd was de grote zaal in de Stadsschouwburg omgetoverd tot het dek van een groot zeilschip, compleet met wapperende zeilen.
Cabaretier Erik van Muiswinkel trapte het openingsprogramma af met een imitatie van Gerrit Komrij, de voormalige Dichter des Vaderlands die vorig jaar overleed. Komrij had vorig jaar nog een prominente rol tijdens het Boekenbal.
Eregast van het bal was Kees van Kooten, de schrijver van het Boekenweekgeschenk dit jaar. Hij schreef De Verrekijker, geïnspireerd op het ding waar Van Kooten als kleuter mee speelde en die tijdens de Tweede Wereldoorlog werd gevorderd. Turend door dezelfde verrekijker opende hij officieel de Boekenweek, waarbij hij een eerbetoon gaf aan Harry Mulisch en Gerrit Komrij.