In antwoord op vragen van de VVD schrijft hij dat de snoepwinkels in het centrum niet de kenmerken hebben van toeristenwinkels. "Ook Amsterdammers kopen snoep in zo’n snoepwinkel, terwijl er wat betreft bedrijfsvoering, reclame en presentatie van de winkels geen elementen zijn aan te wijzen die specifiek met toeristen en dagjesmensen in verband kunnen worden gebracht."

Hij vindt dan ook niet dat het beleid aangepast moet worden. Volgens Mbarki zijn er sinds oktober 2017 geen nieuwe toeristenwinkels en eetwinkels bijgekomen die gericht zijn op toeristen en dagjesmensen. Nieuwe minisupermarkten, souvenierwinkels en 'seksinrichtingen' werden eerder al verboden. Mbarki erkent dat het winkelaanbod niet direct diverser wordt, maar schrijft dat het de bedoeling is 'het proces van verdergaande monocultuur een halt toe te roepen'. 

'Snelle verkoop van etenswaren'

De viswinkel die de gemeente weg wilde hebben, The Seafood Shop, handelde volgens Mbarki juist in strijd met het bestemmingsplan. "De zaak richtte zich voornamelijk op de snelle verkoop van etenswaren voor consumptie ter plaatse en valt door exploitatie, inrichting en uitstraling onder de definitie van horeca 1 (snackbar, fast food). Op grond van het bestemmingsplan is in het pand Leidsestraat 61 uitsluitend detailhandel toegestaan."

Mbarki vreest dat er 'meer horeca aan het totale horeca-aanbod wordt toegevoegd' als de gemeente het eten van vis in een viswinkel, een voorbeeld van een zogeheten mengformule, toestaat. "Er zijn veel ondernemers die in de binnenstad voedsel voor directe consumptie willen verkopen. Het college meent dan ook dat met het ruimer mogelijk maken van mengformules de diversiteit negatief zal worden beïnvloed."

De buurt baalde van het verdwijnen van de viszaak en de komst van de snoepwinkel: