26 relschoppers die aan het begin van de bekerfinale tussen Ajax en PEC Zwolle vuurwerk op het veld gooiden, krijgen werkstraffen van veertig tot zeventig uur en stadionverboden.Tien verdachten werden vrijgesproken.
De meeste verdachten moesten voorkomen omdat ze vuurwerk op het veld hadden gegooid, anderen zaten bij de rechtbank omdat ze stoeltjes hadden vernield. Tijdens de bekerfinale zouden de mannen, in de leeftijd van 18 tot 31 jaar, vanuit een vak met Ajax-aanhang een grote hoeveelheid vuurwerk op het veld hebben gegooid. Ook werden er vernielingen in het vak en daarbuiten aangericht.
De rechtbank vindt dat camerabeelden duidelijk hebben gemaakt dat de Ajaxsupporters bewust hun gezicht bedekten om onherkenbaar te blijven. 'Vervolgens hebben ze vrijwel gelijktijdig het vuurwerk richting het veld gegooid', aldus de rechtbank.
Stadionverbod met meldplicht
De veroordeelde relschoppers kregen ook een stadionverbod voor twee jaar, in combinatie met een meldplicht. De officier eiste ook een schadevergoeding, maar die legde de rechtbank niet op. De verdachten worden dan te veel beperkt in de mogelijkheid om daar iets tegen in te brengen. Ajax, die de schade in De Kuip moet vergoeden, kan daarvoor een civiele procedure beginnen.
De officier noemde het geweld tijdens de behandeling van de strafzaak 'schade tegen het voetbal in het algemeen'. Ze raakten hiermee de sportieve historie van het voetbal in Nederland, stelde de officier. De veroordeelden hebben geen verleden als relschoppers. Sommige verdachten ontkenden, bij anderen overheerste de schaamte.