Een 23-jarige Amsterdammer moest vandaag voor de rechter komen voor het bezit van kinderporno en voor het maken van foto’s van het ontblote onderlijf van zijn neef, toen deze lag te slapen na een avondje stappen. Het Openbaar Ministerie (OM) eiste een werkstraf van 240 uur tegen hem.
De zaak kwam aan het licht door een melding van de Cybertiplijn over het uploaden van kinderporno. Na onderzoek werd er op 24 juni 2014 een doorzoeking gedaan in de woning van de verdachte. Op zijn computer werden niet alleen gedownloade kinderpornografische afbeeldingen gevonden, in totaal 1421 foto’s en 235 films, maar ook de foto’s die hij van zijn neef had gemaakt.
Studentenfeest
Samen met twee andere neven, gingen de jongens op een avond in juni 2013 naar een studentenfeest in Amsterdam en dronken veel. Na afloop gingen ze naar de kamer van één van hen om te slapen. De verdachte verklaarde op de zitting dat hij enkele dagen later ontdekte dat hij foto’s had gemaakt van een van de neven. Hij had hiervoor zijn onderbroek naar beneden getrokken, wat wordt aangemerkt als ontucht.
De man had de foto’s gemaakt onder invloed van alcohol en ze daarna op zijn computer gezet. Niet goed wetend wat hij er verder mee moest, liet hij ze daar staan. De officier van justitie vertelde tegen de verdachte dat het om ernstige feiten gaat. Hij heeft de relatie met zijn neef en familie op het spel gezet en de aangetroffen afbeeldingen betreffen ook misbruik van zeer jonge kinderen.
Verzachtende omstandigheden
Volgens justitie zijn er tal van verzachtende omstandigheden. Zo heeft de verdachte meteen zijn verantwoordelijkheid genomen, hulp gezocht, inzicht in zijn handelen gekregen, een behandeling ondergaan en zijn studie doorgezet. Reclassering heeft aangegeven dat het recidiverisico als laag moet worden ingeschat. Ook spreekt in het voordeel van de verdachte dat hij openheid van zaken heeft gegeven op de zitting en lang heeft moeten wachten op zijn berechting.
Hoewel het in dit soort zaken gebruikelijk is dat er een gevangenisstraf wordt geëist, vindt de officier dat de maatschappij niet is gebaat bij een goed opgeleide, jonge man die niet meer aan het werk kan komen vanwege zijn strafblad terwijl hij zijn leven heeft gebeterd. Daarom matigde hij zijn strafeis tot een werkstraf, maar wel het maximum van 240 uur.