Start van hoofdcontent

112

nl

Agenten die vluchtende verdachte helikopterkaping doodschoten niet vervolgd

6 februari 2019, 14.22 uur · Aangepast 6 februari 2019, 17.15 uur

De agenten die eind 2017 in het Limburgse Oud-Roosteren betrokken waren bij een schietincident, waarbij een van de verdachten van de mislukte helikopterkaping om het leven kwam, worden niet strafrechtelijk vervolgd. De nabestaanden willen die beslissing aanvechten.

Het gaat om een lid van het arrestatieteam (AT) van de Koninklijke Marechaussse die op 11 oktober 2017 betrokken was bij de politieactie rondom de verijdelde gevangenisuitbraak van de beruchte crimineel Benaouf A. Ook een tweede AT'er was onderwerp van het Rijksrecherche-onderzoek, maar ook hij wordt niet vervolgd. 

Helikopterkaping
Een groep van tien criminelen wilde een helikopter kapen en hem uit de Penitentiaire Inrichting (PI) in Roermond bevrijden. Dat mislukte, omdat de politie van te voren op de hoogte was van het plan.

Een aantal verdachten kon die dag meteen worden opgepakt. Anderen wisten in eerste instantie ontkomen. Twee verdachten, die in de buurt van de gevangenis in Roermond stonden te wachten, sloegen op de vlucht in een gestolen Audi. Een arrestatieteam zette daarop de achtervolging in en probeerde het voertuig klem te rijden. Dat lukte niet, waarop agenten de auto onder vuur namen. De inzittenden werden niet geraakt, ondanks het feit dat de politiekogels door de auto vlogen. 

Rechtmatig gehandeld
In het Limburgse gehucht Oud-Roosteren kwam de Audi tot stilstand. Daar sloeg de Franse bestuurder, Jaouad A., op de vlucht. Hij werd in een weiland doodgeschoten door leden van het arrestatieteam. 

De Rijksrecherche heeft het schietincident onderzocht en concludeert dat de twee betrokken agenten rechtmatig hebben gehandeld. Op basis van die bevindingen heeft het Openbaar Ministerie (OM) besloten de twee agenten niet te vervolgen. Volgens het OM ging het om een aanhoudingssituatie waarin sprake was van informatie dat de verdachte over een wapen kon beschikken en dat mogelijk ook kon gebruiken.

Ook schrijft het OM dat een dienstwapen mag worden gebruikt als een verdachte op de vlucht slaat. Het OM concludeert verder dat 'het AT eerst heeft geprobeerd om de aanhouding op een andere, minder ingrijpende manier te bewerkstelligen.'

Desiree de Jonge, advocaat nabestaanden Jaouad A.

Nabestaanden niet tevreden
De nabestaanden van Jaouad A. zijn niet tevreden met de beslissing van het OM. Ze overwegen in beroep te gaan door middel van een zogenoemde Artikel 12-procedure. Op die manier proberen ze alsnog vervolging af te dwingen bij een rechter, laten ze via hun advocaat weten. 

'Daar zou ook uit kunnen komen dat een strafrechter zegt dat er niet ongeloorloofd is gehandeld tijdens het schieten, maar dan heb je wel een onafhankelijk instituut die dat heeft gezegd. In plaats van het Openbaar Ministerie die uiteindelijk wel leden van deze eenheid zelf heeft ingeschakeld om bijstand te verlenen', aldus Desiree de Jonge, die de nabestaanden vertegenwoordigt. 

Niet gewapend
Volgens de Jonge is er nog genoeg te onderzoeken. Zo betwist de raadsvrouw bijvoorbeeld dat Jaouad A. gewapend was op het moment van zijn vlucht. 'Uiteindelijk is een naaste, zoon, broer, neef en geliefde komen te overlijden. Zij willen echt een antwoord op de vraag waarom er fataal geweld toe is gepast. En dat ga ik onderzoeken', zegt de Jonge. 

Lage straffen
De rechtbank veroordeelde de hoofdverdachten in de roemruchte zaak eind vorig jaar tot 2,5 jaar cel. De straffen vielen een stuk lager uit dan het Openbaar Ministerie had geëist. De rechtbank vond dat er geen begin van uitvoering van de helikopterkaping is geweest, omdat de politie al ingreep voordat de helikopter daadwerkelijk de lucht in ging. Het OM is tegen die uitspraak in hoger beroep gegaan.

Dossier: Alles over de helikopterkaping