Het moet raar lopen wil Ajax niet doordringen tot de achtste finales van de Europa League; in Brussel werd Anderlecht met 0-3 opzij gezet.
Ajax opende slordig en grossierde in balverlies. Trainer Frank de Boer liet Demy de Zeeuw buiten zijn basisploeg en koos voor een middenveld met Eyong Enoh, Siem de Jong en Christian Eriksen. Lorenzo Ebecilio acteerde op de linkerflank en had in de 32e minuut een aandeel in de onverwachte openingstreffer.
De buitenspeler forceerde een hoekschop, die via Eriksen op het hoofd van Toby Alderweireld belandde. De Belg in Amsterdamse dienst knikte beheerst raak en legde zijn vele landgenoten op de tribune even het zwijgen op (0-1). Mbark Boussoufa, de Amsterdamse spelmaker van Anderlecht, schonk de koploper van België na 53 minuten een ideale kans op de gelijkmaker. De spelmaker dook gretig over de benen van Enoh en verdiende een strafschop. Roland Juhasz schoot vanaf elf meter echter ruim over.
Anderlecht had de teleurstelling nog niet verwerkt of het keek tegen een achterstand van 0-2 aan. Alderweireld stuurde na 59 minuten Eriksen weg. De Deen omspeelde doelman Silvio Proto en schoot de bal in het lege doel. Mounir El Hamdaoui bezorgde Ajax in de 67e minuut een nog mooiere uitgangspositie voor de return van volgende week in de al bijna uitverkochte ArenA.