Start van hoofdcontent

112

nl

Taakstraf voor dreigen met antisemitische aanslag op de Dam

6 september 2017, 17.42 uur · Aangepast 6 september 2017, 17.54 uur · Foto: Martin Damen

Een man die 112 belde en dreigde met aan antisemitische granaataanslag op de Dam, is vanmiddag veroordeeld tot een taakstraf van 100 uur. Daarvan zijn 40 voorwaardelijk.

Met getrokken vuurwapens kwamen agenten op de 37-jarige E. af toen hij 15 juli 2014 terugkwam van de sigarenboer. De in Marokko geboren Rotterdammer had eerder die dag een melding gemaakt via 112 over een aanslag op de Dam.

Die zomer woedde een militair conflict in de Gazastrook waarbij duizenden doden en gewonden vielen. Het leidde ook tot spanningen in Nederland. Joodse organisaties hadden die dinsdag aangekondigd om twee dagen later een manifestatie vóór Israël te houden op de Dam.

Granaatje
E. was blijkbaar onder de indruk dat de demonstratie dezelfde avond gehouden zou worden. 'Vanavond bij de Dam worden een paar handgranaten gegooid, uit een gebouw. Ik heb gehoord dat ze daar vanavond een manifestatie houden', vertelde hij de meldkamer. 'Ik beloof jou dat er minimaal eentje wordt gegooid. Naar de Joden. Dus. Tot vanavond.'

Lees ook: 17-jarige jongen doet bommelding bij warenhuis via whatsapp

De avond ervoor belde E. ook al met 112. Toen deelde hij mee dat hij 'een granaatje', die hij 'toevallig nog over' had, zou gooien naar 'oude' of 'overleden' joden. Daarmee doelde hij op de vier Joodse begraafplaatsen in Rotterdam, die hij alle vier nauwkeurig wist te noemen. 'Ik ga er eentje uitkiezen, tot vanavond!'

Foute grappen
Het telefoontje over de begraafplaatsen werd niet serieus genomen door de meldkamer, mogelijk door de jolige toon die E. aansloeg. De telefoniste hing de telefoon zelf op. Voor zijn dreigement richting de pro-Israëlische demonstranten moest hij een nachtje op het bureau blijven, maar kwam hij de volgende dag alweer vrij. Toch moest hij vandaag, drie jaar later, zijn telefoontjes verantwoorden in de rechtbank aan de Parnassusweg.

Lees ook: Poolse nep-terrorist op Schiphol krijgt voorwaardelijke celstraf

Daar gaf vandaag hij na eerdere ontkenningen toe dat hij inderdaad achter de gewraakte telefoontjes zat. 'Ik kon het eerder niet toegeven, ik was bang. Om eerlijk te zijn, ik heb het wel gedaan', zei E. 'Ik meende er niks van, het waren foute grappen.'

Terrorisme
Maar de Officier van Justitie was niet van plan om E. er zo makkelijk mee weg te laten komen. Waarom wist hij dan zo specifiek de vier Joodse begraafplaatsen te noemen? 'Ik was krantenbezorger. Ik woon al dertig jaar in Nederland, waarvan dertig in Rotterdam. Ik heb het gewoon verzonnen', antwoordde E.

Op zijn strafblad prijken meerdere veroordelingen, waaronder voor bedreiging. Bovendien hadden die telefoontjes naar 112 volgens de aanklager een terroristisch karakter en dwarsboomde de meldingen van E. de nooddiensten in een tijd dat de angst voor een aanslag er goed in zat. Kort voor zijn telefoontje was er een aanslag bij een Joods museum in Brussel.

Geen baard
Dat hij mogelijk te boek zou komen te staan als terrorist, maakte bij E. tranen los. 'Mijn broertje heeft een Joodse vrouw, Joodse kinderen. Het sloeg nergens op.' Zijn eigen vriendin heeft een christelijke achtergrond. 'Ik zou het nooit van mijn leven doen. Ik voel me geen terrorist, ik heb geen baard', zei E. verder. 'Ik heb niks met die mensen, ik ben zelfs tegen die mensen om eerlijk te zijn. Iedereen moet elkaar met rust laten.'

Lees ook: Toerist doet valse bommelding op Schiphol: 'Grapje'

Naar eigen zeggen heeft hij zijn lesje geleerd en leven gebeterd. De Officier van Justitie moest erkennen dat hij na de telefoontjes in 2014 niet meer in aanraking is geweest met politie of justitie. 'Een belangrijk gegeven waar we heel blij mee zijn', vond ze. Toen de rechter E. vroeg wat hij zelf een gepaste straf zou vinden, opperde de verdachte: 'Als u mij een geldboete geeft, accepteer ik. Of een kleine taakstraf en boete, accepteer ik. Beetje, beetje.'

Geen bedreiging
Hoewel de Officier van Justitie van mening was dat een celstraf op zijn plaats zou zijn, woog wat haar betreft wel mee dat de zaak al drie jaar oud was. Ze eiste daarom een taakstraf van 100 uur, waarvan 40 voorwaardelijk en de dag cel die E. al vastzat na zijn aanhouding.

De advocaat van de verdachte, Vincent van Oosteren, bepleitte dat geen van beide telefoontjes als bedreiging kon worden gekwalificeerd. 'De toon van de telefoontjes was te vrolijk en nonchalant, bovendien kwalificeert de tekst op zichzelf ook niet als dreigement. Deze telefoontjes dienen als waarschuwing of als zeer slechte grap geïnterpreteerd te worden.' Niettemin kon de verdediging prima leven met de eis.

Opluchting
De rechter kwam na een half uur met zijn oordeel. Hoewel ook hij begreep dat een celstraf op zijn plaats zou zijn, ging hij mee in in de eis van het Openbaar Ministerie. Hij was het wel eens met Van Oosteren wat betreft het telefoontje over de begraafplaatsen en sprak E. vrij van dat feit.

E. zelf was enorm opgelucht bij het horen van de straf. 'Ik ben het ermee eens, meneer. Ik wil het graag afsluiten. Ik moet werken voor mijn straf. Hartstikke bedankt, meneer. Tot ziens!'