Struikelstenen zijn sinds 2009 een fenomeen in de stad. De koperen stenen worden tussen de straatstenen gelegd voor de huizen waar slachtoffers van de holocaust voor het laatst vrijwillig woonden. Met ruim tien stenen per week werd nummer duizend vandaag gelegd.

De aanvraag kwam van Frank en Fenna Oorthuys. Hun vader, Cas Orthuys, woonde in hetzelfde pand als de familie Lamm. Louis Lamm was een Joodse uitgever en boekenhandelaar die vanuit Duitsland naar Nederland vluchtte. Na het overlijden van zijn vrouw werd hij samen met zijn dochter in 1943 naar Auschwitz gebracht en daar kwam hij om het leven.

Oorthuys was verzetsfotograaf en woonde bij de familie in het pand. Frank werd pas na de oorlog geboren, Fenna een jaar nadat de familie werd gedeporteerd: "Ik kende ze niet persoonlijk, maar mijn ouders vertelden altijd veel verhalen. Het komt heel dichtbij als je onderburen worden gedeporteerd."

Tijdens de plaatsing van de duizendste steen waren de laatste slagen voor burgemeester Femke Halsema, de eerste keer dat een stadsbestuurder een struikelsteen slaat. "Ik vond het heel ontroerend", zegt de burgemeester. "In deze democratie is het heel belangrijk dat onze vertegenwoordigers eraan worden herinnerd hoe groot het lijden van de Joodse bevolking is geweest."

De struikelstenen worden onderhouden door de nabestaanden, wat betekent dat Frank en Fenna er nog vaak zullen komen: "Het is een mooie manier om aan je jeugd terug te kunnen denken, ze liggen er mooi bij. Het is de duizendste, maar het zijn er eigenlijk nog veel en veel meer natuurlijk."