Start van hoofdcontent

AT5 onderzoekt

nl

GVB steunde tientallen werknemers niet na incidenten: "Prachtbedrijf, maar je moet niet ziek worden of schade rijden"

20 januari 2024, 07.00 uur
Door Daan Kool · Foto: AT5

Wie op de tram, bus of metro werkt, kan te maken te krijgen met ongelukken en bedreigingen. AT5 sprak de afgelopen weken met tientallen GVB'ers die zeggen dat ze na zulke incidenten niet worden gesteund. Volgens hen krijgen ze weinig nazorg en worden ze onder druk gezet om snel weer aan het werk te gaan. Vaak schuift de stadsvervoerder de schuld in de schoenen van de medewerkers. ''Er zijn allerlei mooie protocollen. Het is alleen jammer dat ze zich er niet aan houden.''

De blauwwitte voertuigen van het GVB zijn niet weg te denken uit het straatbeeld van Amsterdam. Met 227 trams, 222 bussen, 90 metro’s en 24 veren verbindt het vervoerbedrijf alle delen van de stad. Bij elkaar opgeteld komt dat neer op ruim 700 duizend ritten per dag. 

Het GVB is ook op een andere manier essentieel voor Amsterdam. Met ruim 4500 medewerkers is het een van de grootste werkgevers van de stad. De meeste GVB'ers behoren tot het zogeheten ‘rijdend personeel’: buschauffeurs, metro- en trambestuurders, conducteurs en pontschippers.

Een half jaar geleden bleek uit een intern onderzoek dat de meerderheid van dat rijdend personeel gebukt gaat onder een torenhoge werkdruk. AT5 publiceerde er dit artikel over. Daarna ontvingen we ruim vijftig reacties van (oud-)GVB'ers, die ons schreven dat er meer speelt dan de hoge werkdruk alleen.  Met twintig medewerkers gingen we langer in gesprek. Ze gaven ons ook inzage in e-mails, brieven, rechtbankverslagen en gespreksopnames. De meesten wilden alleen anoniem met ons praten, omdat ze vrezen dat hun verhaal gevolgen kan hebben voor hun baan. Hun namen zijn bekend bij de redactie. 

Een van de GVB-medewerkers die we spraken is buschauffeur Tanja Nolting. Zij doet haar verhaal in de onderstaande video:

Bijna alle medewerkers noemen het werk bij het GVB fantastisch. ''Je ziet de hele stad en je komt met allerlei verschillende soorten mensen in contact'', zegt een trambestuurder. ''Een praatje maken met Amsterdammers of toeristen, mensen helpen: dat is het mooiste.''

Er is ook een keerzijde. Veel GVB'ers die met ons spraken, raakten tijdens hun werk betrokken bij een ongeluk of geweldsincident. Dat is nu eenmaal een onderdeel van het werk, zeggen de medewerkers. Niet voor niets hebben ze tijdens hun opleiding geleerd hoe ze bij calamiteiten moeten handelen.

Maar wat de GVB'ers steekt, is de manier waarop hun werkgever zich na zo'n incident opstelt. Ze voelen zich niet gesteund, maar juist gewantrouwd en soms zelfs ronduit tegengewerkt. Hun verhalen lopen uiteen. Sommigen maakten een aanrijding mee, anderen een ernstig ongeval. De een werd bedreigd door een collega, een ander in elkaar geslagen door een groep jongeren. Maar al die verschillende gevallen hebben één ding gemeen: na het incident liet het GVB de medewerkers in de kou staan.

AT5

Aansprakelijkheid ontlopen

Uit de gesprekken komt het beeld naar voren van een organisatie die in dit soort gevallen bereid is ver te gaan om aansprakelijkheid te ontlopen. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het verhaal van een tramconducteur die aan het einde van zijn dienst met geweld werd beroofd, terwijl hij onderweg was naar het remisehokje. Hij werd tijdens de beroving buiten westen geslagen, maar het incident werd door het GVB niet als arbeidsongeval aangemerkt, ondanks het advies van de bedrijfsarts en het UWV om dat wel te doen. 

De conducteur kreeg een posttraumatische stressstoornis (PTSS). Volgens zijn behandelaars was dat een direct gevolg van de beroving. Maar volgens het GVB was die link niet zomaar te leggen, omdat de conducteur in het verleden ook met mentale klachten had gekampt. Hij kreeg bovendien van zijn leidinggevenden te horen dat het beter was als hij niet met collega's over de beroving zou praten. ''Dat zou alleen maar onrust veroorzaken, zeiden ze.''

Quote

''Ze vertragen de boel net zo lang tot het verjaard is''

Een trambestuurder

Het is een tactiek die de stadsvervoerder volgens de werknemers vaker toepast. Een trambestuurder die rugklachten overhield aan een noodremming, kreeg van het GVB te horen dat haar klachten wellicht werden veroorzaakt door haar overgewicht. Een poging om het GVB zo ver te krijgen het ongeluk als bedrijfsongeval aan te merken, liep op niets uit.  ''Mijn advocaat wilde hen aansprakelijk stellen, maar toen was ineens de hele mailcorrespondentie met mijn leidinggevende verdwenen. Ze vertragen de boel net zo lang tot het verjaard is.'' 

Dat gebeurde ook bij de beroofde conducteur. Na zijn pensioen kreeg hij een brief van het pensioenfonds dat hij mogelijk recht had op een verhoogde toelage omdat hij een ongeval op het werk had meegemaakt. Maar toen hij het GVB nog eenmaal benaderde, mailde zijn leidinggevende dat het incident verjaard was, ''als het  een bedrijfsongeval was, want dat staat wat ons betreft niet vast''.

Het verhaal van metrobestuurder Clarice
Op een koude namiddag in november stapt metrobestuurder Clarice uit haar metro op rangeerterrein Zuid. Het is mistig en het heeft geregend. Het 'loopbordes', een ijzeren plateau langs het spoor, is spiegelglad. Clarice glijdt uit. Nadat ze met een ambulance naar het ziekenhuis is gebracht, blijkt haar kuitbeen gebroken. Ze wordt geopereerd. Er worden botsplinters verwijderd en metalen pinnen in het bot geplaatst. Na drie dagen mag ze naar huis. 

Als ze een week later inlogt in haar GVB-account, ziet ze dat haar afwezigheid staat aangemerkt als een gewone ziekmelding, niet als bedrijfsongeval. ''Ik heb ze gebeld, ze wisten van niets. Daarna heb ik de Arbeidsinspectie gebeld, en toen bleek dat het GVB het ongeluk helemaal niet had gemeld.''

De Arbeidsinspectie gaat kijken op de plek van het incident. De inspecteur constateert dat het profiel van het loopbordes is afgesleten. GVB'ers die toevallig aanwezig zijn vertellen dat er al meermaals ongelukken zijn gebeurd. Het GVB krijgt een boete. 

Een halfjaar later is het loopbordes nog altijd niet vervangen en wordt het GVB opnieuw beboet. Clarice heeft dan wel een verzoek van haar leidinggevende gekregen. Die wil controleren of er wel profiel zit onder de schoenen die ze droeg. Clarice snapt niet waarom - in de kledingvoorschriften van het GVB staat niets over profiel onder schoenzolen. 

Uiteindelijk wordt het ongeluk onder druk van de Arbeidsinspectie aangemerkt als bedrijfsongeval. Volgens Clarice wordt dat haar niet in dank afgenomen. ''Mijn manager zei dat ik me niet had moeten laten vallen.''

Medewerkers in het beklaagdenbankje

Het GVB onderzoekt na ieder ongeluk hoe het heeft kunnen plaatsvinden. Veel chauffeurs en bestuurders die dat meemaken hebben het gevoel dat ze vogelvrij zijn. Bij twijfel over de toedracht belandt de medewerker in het beklaagdenbankje. Soms letterlijk.

Een metrobestuurder die bij het eindpunt een sneltram zonder passagiers aanreed, werd ontslagen. Naar eigen zeggen had hij een black-out gehad. Omdat een medische reden na onderzoek werd uitgesloten, moest het wel aan hem liggen, redeneerde het GVB. 

De rechter veegde die beslissing van tafel. Het GVB mocht een werknemer die volgens zijn beoordelingen altijd goed had gefunctioneerd niet zomaar zonder bewijs ontslaan. De bestuurder bleef in dienst en mocht zijn oude werkzaamheden hervatten. Althans, van de rechter. Zijn leidinggevende liet hem alleen nog maar metro's zonder passagiers naar het begin- en eindpunt rijden. ''Volgens mijn chef bepaalde hij wel of ik met passagiers mocht rijden, niet de rechter'', zegt de metrobestuurder.

Quote

''Volgens mijn chef bepaalde hij wel of ik met passagiers mocht rijden, niet de rechter''

Een metrobestuurder

Het GVB moet ernstige ongelukken melden bij de Inspectie voor de Leefomgeving en Transport (IL&T). Het vervoerbedrijf zegt dat ook te doen, maar volgens medewerkers is dat niet altijd het geval. Het bovenstaande incident werd door het GVB zelf beoordeeld als een niet-ernstig ongeluk, waardoor men alleen intern onderzoek hoefde te doen. Bij dat onderzoek werd het toch als ernstig bestempeld. Maar daar informeerde het GVB de IL&T niet meer over. 

Bedrijfsongevallen moeten ook worden gemeld, bij de Arbeidsinspectie. Maar ook die incidenten probeert het GVB soms binnenskamers te houden, blijkt uit documenten die AT5 heeft ingezien. Dat is in strijd met de wet.

Bekijk hier de reactie van GVB-directeur HR Peter Buisman:

AT5

Gebrekkige nazorg

Ook de begeleiding van personeelsleden die een incident hebben meegemaakt schiet vaak tekort. Als medewerkers worden bedreigd, stimuleert het GVB hen om aangifte te doen. Volgens de eigen bedrijfsregels moet de stadsvervoerder zijn werknemers daarin begeleiden, maar bij meerdere GVB'ers die AT5 sprak is dat niet gebeurd. ''Er zijn allerlei mooie protocollen'', zegt een buschauffeur. ''Het is alleen jammer dat ze zich er niet aan houden.''

AT5

Sommige medewerkers die een heftige gebeurtenis meemaakten, kregen steun en een luisterend oor van hun leidinggevende. ''Ik had een goede band met mijn chef, we waren best close'', zegt een metrobestuurder. ''Als er iets was, kon ik altijd bij hem aankloppen.''

Maar de meeste GVB'ers die AT5 sprak konden op weinig medeleven rekenen. ''Je verwacht nazorg, maar die komt dus niet'', zegt een metrobestuurder. Het is een sentiment dat breed wordt gedeeld. Een boa van OV-zorg, de veiligheidsdienst van het GVB, werd opgeroepen na een dodelijk ongeval. ''Tram 26 had een motorrijder geschept. Die was op slag dood. De bestuurder en conducteur hadden het allebei gezien. Dus wij brengen hen naar het eindpunt, voor opvang, maar dat vond hun manager niet nodig. Hij vroeg alleen wanneer ze weer konden rijden.''

De conducteur die werd beroofd kreeg de dag nadien te horen dat hij beter maar gewoon weer aan het werk kon gaan, omdat uit onderzoek was gebleken dat dat het beste was. En een trambestuurder die bij een aanrijding een hernia opliep, kreeg van de verkeersleiding te horen dat ze gewoon door moest rijden. Toen het echt niet bleek te gaan, moest ze zonder begeleiding naar de eerste hulp. ''Ik zat daar vierenhalf uur in mijn uppie uur te wachten. Ik verging van de pijn. Uiteindelijk kwam OV-zorg naar me toe: of ik mijn auto uit de GVB-parkeergarage wilde halen, want ik blokkeerde een plek voor de avonddienst.''

Het verhaal van metrobestuurder Floyd
Metrobestuurder Floyd rijdt op lijn 51 richting Isolatorweg. Bij halte Jan van Galenstraat ziet hij in de cabinecamera hoe een man na het sein 'deuren sluiten’ nog op de treeplank voor de metrodeur stapt. Daarna zet de man een stap naar achter, waardoor hij weer op het perron staat. Het veiligheidssysteem geeft het teken dat Floyd mag vertrekken.

Een paar seconden later ziet hij op dezelfde korzelige camerabeelden dat mensen op het perron gebaren maken. Eén van hen is degene die zo-even probeerde in te stappen. Wat Floyd op dat moment nog niet weet, is dat de man op het laatste moment zijn arm tussen de deuren heeft gestoken en klem is komen te zitten. Hij moet negen meter meerennen met de optrekkende metro, totdat Floyd de gebarende mensen ziet, de metro stil zet en de deuren opent. 

Pas bij het eindpunt hoort hij wat er is gebeurd. Zijn leidinggevende sommeert hem mee te komen en in het remisehokje een verklaring op te stellen. ''Ik zei dat ik geen idee had wat ik moest opschrijven. Maar hij zette me onder druk, ik moest nú een verklaring afleggen en ondertekenen.''

Er wordt een onderzoek gestart. Floyd, die al 27 jaar bij het GVB werkt en altijd goede beoordelingen heeft gekregen, krijgt een tijdelijk rijverbod opgelegd. Zijn manager zegt dat hij zich geen zorgen hoeft te maken. Maar twee weken later wordt hij ontboden op het hoofdkantoor.  Ondanks het feit dat het veiligheidssein op groen stond, ligt de verantwoordelijkheid van het incident volgens het GVB bij Floyd. Hij wordt ontslagen. 

Floyd vecht zijn ontslag aan. De rechter oordeelt dat de beelden van de cabinecamera zo slecht waren dat hij bijna onmogelijk kon zien wat er aan de hand was. Bovendien heeft het GVB onrechtmatig bewijs tegen hem aangevoerd: beelden van de stationscamera's mogen niet tegen medewerkers worden gebruikt. Floyds ontslag wordt teruggedraaid.

Om de dag gebeld

Eén ding wordt door alle GVB'ers die met AT5 spraken genoemd: wie ziek is, wordt door zijn leidinggevende onder druk gezet om zo snel mogelijk weer aan het werk te gaan. ''Ze bellen je om de dag, en ze vragen wat je hebt'', vertelt een metrobestuurder. ''Ze gaan op de stoel van de bedrijfsarts zitten. Dat mag helemaal niet, maar als je onervaren bent, ga je dat natuurlijk gewoon vertellen.''

Een buschauffeur die al meermaals met PTSS-klachten was uitgevallen en zich opnieuw ziekmeldde, moest onmiddellijk laten weten of ze vervangend werk kon doen. Toen ze zei dat ze daar even over moest nadenken, zei haar manager: ''Ik wil het nú weten. Jij wil toch ook graag je geld aan het einde van de maand, neem ik aan? Dan zou ik maar antwoord geven.'' Het is te horen op een gespreksopname die met AT5 is gedeeld.

Een metrobestuurder die aangaf een halve dag afwezig te zijn vanwege een afspraak bij zijn psycholoog, werd door zijn manager dusdanig gewantrouwd dat hij de afspraakbevestiging moest laten zien. Toen hij die niet kon vinden, eiste zijn chef dat hij in haar bijzijn de praktijk belde, op de luidspreker. Dat is in strijd met de wet: werkgevers mogen niet om afspraakbevestigingen of andere medische documenten vragen. 

AT5

Volgens de medewerkers die met AT5 spraken, stelt het GVB zich niet bij alle personeelsleden zo hardvochtig op. Vooral oudere werknemers, die meer verdienen en vaak mondiger zijn, moeten het ontgelden. ''Foutjes waar anderen mee wegkomen, worden bij ons breed uitgemeten'', zegt een metrobestuurder. ''Je moet om de haverklap op gesprek komen.''

Uit gespreksopnames blijkt dat sommige leidinggevenden hechten aan het informele karakter van die gesprekken. ''We gaan niet alles van tevoren per mail afkaarten, dat is niet hoe we het hier doen. We gaan gewoon even babbelen'', zegt een chef tegen een buschauffeur, in een opname die in handen is van AT5. Vervolgens blijkt ''gewoon even babbelen'' een ernstig gesprek waarin de werknemer zich moet verantwoorden. 

De verslagen van die gesprekken bieden vaak geen getrouwe weergave, zeggen de GVB'ers. ''Ze vervormen je weerwoord zodat het lijkt alsof je alles beaamt'', zegt een buschauffeur.  In een gespreksopname wordt dat bevestigd door de voorzitter van de FNV-sector die belangen van GVB'ers behartigt. ''Als ik honderd verslagen zie van honderd gesprekken, dan kloppen er tachtig niet'', zegt hij tegen een metrobestuurder. Hij herhaalt het daarna twee keer in net andere bewoordingen. In een reactie laat hij weten dat hij dat gezegd zou kunnen hebben, maar vermoedt dat het uit zijn verband is getrokken.

Quote

''Jij wil toch ook graag je geld aan het einde van de maand? Dan zou ik maar antwoord geven''

Een leidinggevende tegen een buschauffeur

Bij het GVB heerst een ''cultuur van wantrouwen'', zegt een metrobestuurder. ''Je hebt het gevoel dat je constant in de gaten wordt gehouden en dat alles tegen je kan worden gebruikt.'' Sommige medewerkers wijzen erop dat hun leidinggevenden ook onder hoge druk staan. ''De teamleiders kunnen er maar in beperkte mate wat aan doen'', zegt een buschauffeur. ''Die krijgen zelf ook de volle laag van hun bazen.'' 

Wie met plezier bij het GVB wil werken moet onder de radar blijven, zegt een buschauffeur. ''Het is een prachtbedrijf. Maar je moet geen schade rijden en niet ziek worden. Dan red je het hier.''

*De namen van de medewerkers uit de voorbeelden zijn gefingeerd. Hun echte namen zijn bekend bij de redactie.

Reactie GVB
Het merendeel van de geanonimiseerde cases die AT5 uit de afgelopen 3 tot 10 jaar aandraagt, herkennen we. In het artikel gaan wij daar echter niet inhoudelijk op in. Ook al is er soms een andere kant van een verhaal te vertellen, wij waken als verantwoordelijk werkgever over de privacy van onze medewerkers, ook van degene die al geruime tijd uit dienst zijn. Dat vinden wij erg belangrijk.

Natuurlijk raakt het ons dat deze hoofdzakelijk oud-medewerkers de incidenten op deze manier beleefd hebben. We zien het liefst dat alle collega’s zich gehoord en gesteund voelen, en wanneer zij GVB toch verlaten, dat met een overwegend goed gevoel doen. Dit is natuurlijk lastig als er sprake is van ontslag.

Er wordt gesuggereerd dat de genoemde voorbeelden geen incidenten betreffen maar dat er sprake is van een patroon. Wij herkennen dat niet. Wel nemen we alle signalen serieus en zullen we onderzoeken of er ook in de huidige actualiteit casussen zijn waar op de genoemde punten verbetering nodig is.

We zijn een grote en diverse organisatie met ruim 4.500 medewerkers. We zijn een afspiegeling van de maatschappij en een organisatie van verschillende mensen. Daarbij geloven we er in dat je, niet in anonimiteit, maar met elkaar in open gesprek tot oplossingen kan komen, hoe lastig dat in sommige situaties ook is. Mochten bepaalde situaties niet met de leidinggevende, de integriteit officer of met de interne vertrouwenspersonen besproken willen worden, dan zijn er ook externe en (eveneens) onafhankelijke vertrouwenspersonen.

Collega's die een incident hebben meegemaakt worden niet aan hun lot over gelaten. Er is opvang, er volgen gesprekken en waar nodig nazorg. Een duidelijk protocol en feitenrelaas (bij zware incidenten opgetekend door een onafhankelijke partij) zijn onderdeel van de procedure. We realiseren ons dat de uitkomst van zo’n feitenrelaas door de betrokken medewerker soms anders wordt ervaren.

De procedures voor het melden van incidenten die we volgen, gelden landelijk en worden ook getoetst door een externe toezichthouder. Alle incidenten waar dat voor geldt, melden we bij de Nederlandse Arbeidsinspectie, dan wel ILT. Dat vinden wij heel belangrijk. Dat hoort bij goed werkgeverschap.

Wij stimuleren onze medewerkers aangifte te doen. Ons Incidentenloket benadert de betreffende medewerker pro actief, om ondersteuning en ontzorging te bieden. Gelukkig maakt bijna iedereen hier gebruik van. Het Incidentenloket bemiddelt als dat nodig is ook tussen medewerker en zijn manager. Of met slachtofferhulp als de medewerker dat graag wil.