December mag dan een feestmaand zijn, we kunnen er niet omheen dat de bouwwereld voor behoorlijke uitdagingen staat in deze tijd. Wat gaat dat betekenen voor wat er wordt gebouwd in de toekomst? Verslappen kan niet, daarvoor is de woningvraag veel te groot. Moet het dan allemaal wat sneller, simpeler en misschien wat minder mooi?

Wat we in ieder geval niet moeten doen, is inleveren op de kwaliteit van wat we bouwen. Dat er moet worden doorgebouwd is duidelijk, maar dat hoeven echt geen mindere woningen te zijn, vindt ontwikkelaar Fransje Sprunken: “Laten we kwaliteit altijd handhaven en niet tijdens de rit de spelregels veranderen. Ook als de opbrengsten op een project lager zijn, kun je nog steeds hele mooie dingen maken.” Wethouder Reinier van Dantzig deelt die mening: “Als ik later door de stad fiets met mijn zoontje en gebouwen zie die in mijn tijd als wethouder zijn gebouwd, moeten ze er wel een beetje knap uitzien.”

Maar of ‘een beetje knap’ ook gelijk staat aan de extravagante gebouwen die we tot nu toe in de stad hebben zien verrijzen? Publicist over bouw en architectuur Michelle Gulickx verwacht van niet. Met kwaliteitseisen als duurzaamheid die we tegenwoordig zien verwacht zij dat we een andere weg in zullen slaan: “Een gebouw helemaal bedekt met natuursteen zoals Valley zie ik niet zo snel meer gebouwd worden. Ik denk en hoop dat we meer bouw zullen zien met hout en andere duurzame materialen."

 Ze vervolgt: "Er wordt wel gevreesd dat het dan allemaal niet zo spectaculair meer zal zijn, maar ik verwacht dat daar nog een hele ontwikkeling in zal worden gemaakt en dat we die gebouwen over een paar jaar ook zien meedingen naar prijzen als de Zuiderkerkprijs.”

Als het aan architect Arjen Hoogeveen en ontwikkelaar Bas Bronneberg ligt, heeft het woongebouw van de toekomst ook sociale functies te vervullen. De Kraaipanschool in de Transvaalbuurt is een project van hun hand: een woongebouw met onder meer sociale huurwoningen en zorgwoningen. Verder huist er een buurtcentrum en een zorgcentrum onder het dak van de Kraaipanschool. Bronneberg: “Je moet goed kijken naar wat je creëert in en toevoegt aan een buurt. Dan kun je meerdere cadeautjes aan een buurt en de stad geven.”

De formule van de Kraaipanschool is zo succesvol dat hij ook in toekomstige woongebouwen in de stad wordt toegepast. Voor de Houthavens staat een woongebouw op de planning dat zowel qua (sociale) invulling als qua architectuur sterk doet denken aan de Kraaipan. Ook dit project wordt door Hoogeveen en Bronneberg gerealiseerd.

Meer remontabele bouw in de toekomst?

Tot slot de man die misschien wel de grootste invloed heeft op het Amsterdamse woongebouw van de toekomst: Pieter Klomp. Hij geeft leiding aan de afdeling binnen de gemeente Amsterdam die verantwoordelijk is voor de zogenoemde tenders, ofwel de opdrachten voor bouwprojecten die de gemeente uitzet. Ook hij onderschrijft het belang van mooie en goede architectuur: “Het is belangrijk dat een gebouw mooi oud wordt, dat het niet over een aantal jaar moet worden gesloopt.

Hij voorspelt dat we meer remontabele gebouwen zullen zien; die uit elkaar kunnen worden gehaald en zo hergebruikt, zonder te hoeven slopen. “Dat is wel een trend die ik nu zie. Ook in de discussie over tijdelijke woningen: als je die gewoon heel goed maakt is er geen verschil meer tussen tijdelijk en definitief. Ik denk wel dat we daar naar moeten kijken.”